van hier wil ik niet zijn, van waar
dat weet ik niet. het is me nooit gevraagd
en men gaat maar uit van dingen,
ook al groeien ze slecht in deze aarde
en ben ik te oud om me te laten ringeloren
als een soort horige
- zie je ik was nooit bestemd voor de export
ik glinster nochtans van verlangen
naar een land waar iedereen zachtjes
ongelukkig is net als ik
maar nee, ik woon in een schaamstreek
dus ik bewerk dit land
keer op keer aan tafels en in zetels
in zelf-emergente permutaties
ik ben een vreemdelingenlegioen,
een onwillig publiek, een vermiste
boer die het vertikt om te oogsten
maar zaait, zaait, zaait en zwaait
naar de sterren met zijn zeis.