te laat in grote gebouwen
te klein zo over dat enorme plein
maar ook in de hoofdstad hou ik vol
want stenen zijn gewoon wat ze zijn
alles is ironisch buiten geld
en Babylonische kantoren, die wachten
slechts op het bewijs van hun overmoed
dat komt in hels verlichte nachten
ik spreek zakentaal in glazen kantoren
en we delen koffie en jargon
mijn laattijdigheid wordt me vergeven
want dit is het goede perron
Over 'Onklare taal'
'Onklare taal' is de verzamelnaam van diverse tekstprojecten van mijn hand. Dit is de poëzieafdeling daarvan. Hier kan je zowel de laatste nieuwe gedichten als ook een selectie van oudere gedichten vinden. Overigens kan je mijn poëziebundels downloaden in PDF-formaat als je Patron wordt: 'Epicentrum' (2012), 'Synaeresis' (2012), 'Subductie' (2013), 'Enceladus' (2015), 'Volterra' (2017), 'De snelheid van de duisternis' (2019), 'Indiscrete wiskunde' (2021) en 'Chicxulub' (2024). Behalve 'Synaeresis', dat één verhalend gedicht is in twee delen, bevatten de anderen telkens een 30-tal geredigeerde en zorgvuldig geselecteerde gedichten, met duiding en een nieuwe indeling. De weg een beetje kwijt? Mijn eigenlijke website, die ook 'Onklare taal' heet, verwelkomt je.
vrijdag 23 februari 2018
vrijdag 2 februari 2018
20kHz
jij bent helemaal alleen in je olijfgaard
en ik zit aan de oevers van de tijd
te contempleren of ik het echt waard
vond. en het antwoord is ja, zonder spijt
een miljoen keer ja
een miljoen keer meer beschermend strelen
een miljoen keer meer de avonden stelen
een miljoen keer in een oneindig wiel
in het karmijn van een zomeravond
en het opaal van een wintermorgen
wij weten allebei -
ik heb een zacht hart, geen zucht
die me ontgaat, geen oogopslag
die ik me niet kan voorstellen
die jij had kunnen maken
ik had je de vreselijkste gift willen geven:
mijn alles, en alles in een baan daarrond
m'n mistbanken van gedachten
en die zachte embers in mijn wake
in plaats daarvan wandel ik nu des nachts
en wentel ik me langzaam om in bed
en ik zit aan de oevers van de tijd
te contempleren of ik het echt waard
vond. en het antwoord is ja, zonder spijt
een miljoen keer ja
een miljoen keer meer beschermend strelen
een miljoen keer meer de avonden stelen
een miljoen keer in een oneindig wiel
in het karmijn van een zomeravond
en het opaal van een wintermorgen
wij weten allebei -
ik heb een zacht hart, geen zucht
die me ontgaat, geen oogopslag
die ik me niet kan voorstellen
die jij had kunnen maken
ik had je de vreselijkste gift willen geven:
mijn alles, en alles in een baan daarrond
m'n mistbanken van gedachten
en die zachte embers in mijn wake
in plaats daarvan wandel ik nu des nachts
en wentel ik me langzaam om in bed
Abonneren op:
Posts (Atom)